De wet van 21 maart 2024 heeft belangrijke wijzigingen aangebracht in het vrijstellingsstelsel voor kleine ondernemingen (Art. 56bis van het BTW-Wetboek en KB nr. 19). Vanaf 2025 zal dit stelsel, dat kleine ondernemingen vrijstelt van de meeste btw-verplichtingen, toegankelijk zijn voor bedrijven die zijn gevestigd in andere EU-lidstaten, mits bepaalde drempels worden gerespecteerd. Belgische bedrijven zullen ook de mogelijkheid hebben om dit stelsel toe te passen in andere EU-lidstaten, onder dezelfde voorwaarden.
Voor in België gevestigde belastingplichtigen
Bedrijven met een jaarlijkse omzet in België die niet hoger is dan €25.000 kunnen profiteren van het btw-vrijstellingsstelsel voor goederenleveringen en diensten die in België worden verricht (Art. 56ter, § 1 van het BTW-Wetboek). Dit stelsel stelt bedrijven in staat geen btw in rekening te brengen, geen periodieke btw-aangiften in te dienen en geen btw op uitgaven terug te vorderen. Een jaarlijkse lijst van Belgische btw-plichtige klanten moet worden ingediend. Houd er echter rekening mee dat, in tegenstelling tot het standaardregime, als er geen klanten op de jaarlijkse klantenlijst hoeven te worden vermeld, het niet nodig is een nihil-aangifte in te dienen.
Uitsluitingen
Bepaalde activiteiten zijn uitgesloten van het vrijstellingsstelsel, waaronder:
Onroerend goed werk
Leveringen in de horecasector waarvoor een kassabon vereist is
Verkoop van gebruikte materialen en afval
Transacties op nieuwe onroerende goederen
Intracommunautaire leveringen van nieuwe vervoermiddelen
Verkoop van vervaardigde tabak en zeevruchten direct vanaf vissersvaartuigen in markten
Occulte en illegale operaties
Verhuur van specifieke gemeubileerde accommodaties
Voor niet in België gevestigde belastingplichtigen, maar in een andere EU-lidstaat
Vanaf 2025 kunnen bedrijven die zijn gevestigd in een andere EU-lidstaat ook profiteren van het btw-vrijstellingsstelsel voor hun operaties in België, mits de volgende drempels worden gerespecteerd:
Een jaarlijkse omzet in de EU die niet hoger is dan €100.000
Een jaarlijkse omzet in België die niet hoger is dan €25.000
Het overschrijden van een van deze drempels leidt tot uitsluiting van het vrijstellingsstelsel.
In de praktijk
Een Belgische onderneming met een jaarlijkse omzet die niet hoger is dan de nationale drempel van €25.000 kan het vrijstellingsstelsel in België toepassen. Als deze onderneming ook het vrijstellingsstelsel wil toepassen voor operaties in andere EU-lidstaten, moet zij ervoor zorgen dat zij de nationale drempel die door elke betrokken lidstaat is vastgesteld, evenals de EU-brede drempel van €100.000 niet overschrijdt. Als deze drempels worden overschreden, wordt de onderneming uitgesloten van het vrijstellingsstelsel in die andere lidstaten.
Om het vrijstellingsstelsel in een andere lidstaat toe te passen, is een voorafgaande kennisgeving vereist.
Aangifteverplichtingen
Bedrijven moeten een driemaandelijkse aangifte indienen met daarin:
Het totale bedrag van de goederenleveringen en/of diensten die in België zijn verricht
Het totale bedrag van de goederenleveringen en/of diensten die in andere EU-lidstaten zijn verricht
Deze aangifte moet worden ingediend binnen een maand na het einde van het kalenderkwartaal.
Profiteer van onze expertise
Deze wijzigingen bieden nieuwe kansen voor kleine ondernemingen door het vrijstellingsstelsel uit te breiden naar andere EU-lidstaten. Bedrijven moeten ervoor zorgen dat zij onder de nationale en Europese drempels blijven om van dit voordelige stelsel te profiteren. Wij zijn er om u te helpen deze nieuwe regels te navigeren en uw belastingvoordelen te optimaliseren.
Voor hulp of verduidelijking over deze nieuwe regels kunt u gerust contact met ons opnemen. Ons team van experts staat tot uw beschikking om u te ondersteunen.
댓글